De mooiste tijd van het jaar

JeanineGoossens - 24 december 2021

Op kerstmiddag loopt mijn familie de huiskamer rond.

Ik probeer bij een van hen een glinstering in de ogen te bespeuren, of een kreukel in de huid, 

maar ik zie alleen hoe hun onderkaak het enige in hun gezicht is dat beweegt wanneer ze spreken, 

met een glimlach die niet verandert, de wenkbrauwen altijd een beetje opgetrokken,

het was een leuk jaar, geen bijzonderheden, hoe is het op school?

 

Terwijl ik meedoe met het gesprek probeer ik op te letten of mijn oom wel knippert,

strijkt mijn arm ‘toevallig’ langs die van mijn nicht wanneer ik een chipje pak –

even testen of haar huid wel warm is. De nek van mijn tante kraakt een beetje

wanneer ze zich naar mij omdraait om te vragen waar ik die schoenen vandaan heb.

 

‘Ik voel me niet zo lekker’, zeg ik. De mondhoeken van mijn tante verplaatsen zich een stukje naar beneden.

‘Oh, wil je een paracetamol?’, vraagt ze. 

‘Nee, ik voel me mentaal niet zo lekker’, vertel ik. ‘Een paracetamol helpt da-’

 

BEEP BEEP BEEP BEEP BEEP BEEP!

 

Mijn tante heeft op de alarmknop gedrukt.

Rode lichten zwaaien door de kamer, de lichtjes van de kerstboom knipperen stroboscopisch.

Iedereen kijkt mij aan, met wijd opengesperde ogen waarin rood en wit licht zich afwisselt, 

ze glimlachen nog steeds. Degenen die zaten, staan op. 

 

Ik kijk om mij heen, mijn ogen vinden mijn moeder aan de andere kant van de kamer,

dezelfde glimlach, dezelfde ogen als de rest. Wat moet ik doen?

 

Alle familieleden zetten tegelijkertijd een stap dichterbij. 

 

Ik haal diep adem, en spreek luid en zo monotoon mogelijk:

‘Een paracetamol zal mijn hoofdpijn wel verhelpen, dankuwel, tante. Hoe is het op de zaak?’

 

De rode lichten gaan uit, het alarm zwakt af, de lichtjes in de kerstboom veranderen weer naar blauw, groen, geel en rood. Iedereen springt weer naar zijn originele plek, aan de statafel, eettafel of op de sofa, glazen worden weer geklonken.

Beeld door: Xiu Mooren

JeanineGoossens (1999, zij/haar), schrijft en illustreeert. In het werk dat ze maakt zijn twee kanten te vinden. Of ze laat haar fantasie volledig de vrije loop gaan, wat resulteert in fantasiebeesten en andere werelden. Of ze gaat een politieke kant op, waarin ze haar lezers wat vertelt. Soms smelt het samen.